Begrippenlijst

Opsomming van (notariële) begrippen in het personen- en familierecht, in notariële akten en documenten en op deze website.

Nalatenschap

Alle bezittingen en schulden die een persoon achterlaat bij overlijden.

Nalatenschapsschuld

Een schuld die deel uitmaakt van de nalatenschap en door de erfgenamen moet worden voldaan.

Onbeheerde nalatenschap

Een nalatenschap zonder bekende erfgenamen of wanneer erfgenamen de erfenis niet aanvaarden.

Onterving

Het uitsluiten van een erfgenaam van de nalatenschap via een testament.

Onwaardigheid

Situatie waarin iemand door zijn gedrag (bijvoorbeeld door een ernstig misdrijf tegen de erflater) het recht verliest om te erven.

Opeisbaarheid

De voorwaarden waaronder een erfdeel opeisbaar wordt, bijvoorbeeld bij overlijden of faillissement van de langstlevende echtgenoot.

Ouderlijke boedelverdeling

Een regeling waarbij de langstlevende echtgenoot alle bezittingen krijgt, maar ook alle schulden moet betalen, en de kinderen een geldvordering.

Partiële verdeling

Een verdeling van een deel van de nalatenschap, terwijl de rest later wordt verdeeld.

Plaatsvervuller

Een erfgenaam die in de plaats treedt van een andere erfgenaam die niet kan of wil erven.

Recht op inzage

Het recht van een erfgenaam om inzage te krijgen in de documenten die betrekking hebben op de nalatenschap.
Scroll naar boven